‘Het een-tweetje tussen de financiële sector en circulaire ondernemers moet beter’

De transitie naar een circulaire economie vraagt om het breken met bestaande ideeën en systemen. Daar hebben we ondernemers voor nodig, die anders durven denken en niet bang zijn om te proberen. Of het nu gaat om het oprichten van een circulaire start-up of circulariteit doorvoeren in bestaande processen binnen je bedrijf of keten. Die mensen met lef hebben we ook, of misschien juíst nodig in de financiële sector, stelt Rinke Zonneveld, CEO van Invest-NL. ‘Want alhoewel het erg positief is dat er meer focus komt op impact investeren, wordt er nog altijd met een lineaire bril gekeken naar ondernemers en bedrijven die met circulaire businessmodellen en productieprocessen aan de slag zijn.’

‘Vroeger was ondernemerschap iets wat we alleen maar associeerden met kapitalisme. Mensen die rijk willen worden. Goed doen voor de wereld associeerden we met geitenwollen sokken, iets “links”. Vandaag de dag zie ik juist hele bevlogen mensen die met hun ondernemerschap een bijdrage willen leveren aan een betere wereld. Een ontwikkeling die ik trouwens ook bij veel investeerders zie. Vroeger stonden doing business en doing good haaks op elkaar, nu zie je daar bijna een symbiose ontstaan. Een mooie ontwikkeling in de laatste 25 jaar. Daar word ik optimistisch van. Want dit ondernemerschap is een van de key drivers voor een circulaire economie. Om de grote transities ook daadwerkelijk te doen slagen, hebben we mensen met lef nodig. Ook -misschien wel juist nu- in de financiële sector. Want alhoewel het erg positief is dat er meer focus komt op impact investeren, wordt er nog altijd met een lineaire bril gekeken naar ondernemers en bedrijven die met circulaire businessmodellen en productieprocessen aan de slag zijn.

Op een andere manier kijken naar onzekerheden en risico’s in hun plannen, dat vraagt ook leiderschap in de financiële sector. Want inmiddels is het echt geen vraag of we deze bedrijven heel hard nodig hebben. Dus ja, we hebben ondernemers nodig die zaken proberen te realiseren waarvan anderen denken: dat gaat je toch niet lukken. Maar net zo hard hebben we financiers nodig die ook op die manier in die ondernemers geloven. Dat vergt – zeker in de transitie naar een circulaire economie – moed, bloed, zweet, tranen en visie. Het vraagt om leiderschap.

‘We hebben ondernemers nodig die zaken proberen te realiseren waarvan anderen denken: dat gaat je toch niet lukken. Maar net zo hard hebben we financiers nodig die ook op die manier in die ondernemers geloven.’

De rol van investeerders

In Nederland zit Invest-NL in de positie om hier een voortrekkersrol in te spelen. Als fonds hebben we het meeste geld en de beste toegang tot Den Haag om specifieke knelpunten in de markt te adresseren. Op die twee punten kunnen wij van waarde zijn in de transitie naar een circulaire economie. Als investeerder moeten wij circulaire ondernemers geduldige financiering bieden, ondersteunen met het vinden van financiële marktpartijen die samen met ons instappen en het aandurven om naar voren te stappen wanneer een business case impactvol is – juíst als het complex is en iedereen veel risico’s ziet.

Hier zetten we als Invest-NL, met zowel een business development team als het investment team, flinke stappen in. Zo zitten we de kopgroep circulair financieren voor, kijken we naar andere financiële instrumenten zoals ketenfinanciering en investeren we actief in fondsen en circulaire bedrijven zelf. Ook agenderen we bij de overheid bijvoorbeeld de structurele knelpunten op het gebied van circulariteit, die de financierbaarheid van bedrijven moeilijk maken. Dat hebben we bijvoorbeeld gedaan bij het vinden van oplossingen voor de einde-afvalstatusproblematiek. Ook ondersteunen we banken en accountants met het vraagstuk hoe zij circulariteit verwerken in risicomodellen en accountingprincipes.

De complexiteit van het speelveld

Op deze manieren maken we financierbaar wat niet financierbaar lijkt, en dit is in de circulaire economie heel hard nodig. Want ook wij zien dat het huidige speelveld waarin deze ondernemers zich begeven broos en complex is. Op de eerste plaats moet er voorspelbare en vooral eerlijke spelregels en wetgeving komen voor deze ondernemers, en dus ook financiers. Bij de circulaire bedrijven in ons portfolio is dit een zeer actueel onderwerp. Op dit moment is virgin plastic zo goedkoop dat plastic recycling gewoon geen business case is. Het recente faillissement van Umnicorp is daar een pijnlijk voorbeeld van. Er is wel wet- en regelgeving op komst die bijmenging van recyclaat verplicht, maar een groot deel van de huidige bedrijven gaat dat moment niet halen. En dit is zorgelijk want maatschappelijk gezien, zoals de landelijke doelstelling om 50% circulair te zijn in 2030, is het levensvatbaar krijgen van dit soort bedrijven cruciaal.

Een andere uitdaging in het opschalen van circulaire bedrijven is de competitie die deze jonge bedrijven aangaan met bestaande partijen die kunstmatig gunstiger kunnen produceren. Of het nu gaat om het storten van asbest of voedsel dat als veevoer wordt ingezet of zelfs verbrand, terwijl het prima voor humane toepassingen kan worden ingezet. De uitdaging hier is dat maatschappelijke kosten worden verdisconteerd in prijzen van lineaire producten, zodat circulariteit een eerlijke kans op een schaalbare business case krijgt.

Het laat zien hoe complex het is om een circulair businessmodel te vinden. Lineaire bedrijven zijn vaak nog goedkoper. Dat deze minder goed voor het milieu zijn, is niet doorgerekend in de prijzen omdat externaliteiten zoals milieuschade of CO2 uitstoot niet beprijst hoeven te worden. Circulaire bedrijven lijken hierdoor duurder voor klanten en dat maakt schaalbaarheid complex, waardoor ook financiering bij elkaar krijgen lastig wordt.

‘Een deel van de oplossing ligt dan ook bij de ondernemers zelf. Een circulair business model kán goedkoper zijn dan een lineaire concurrent, die voorbeelden bestaan.’

Ondernemers kunnen zelf veel doen

Maar naast deze barrières en onze rol, kunnen ondernemers wel degelijk veel zelf doen. Een deel van de oplossing ligt dan ook bij de ondernemers zelf. Een circulair business model kán goedkoper zijn dan een lineaire concurrent, die voorbeelden bestaan. Daarnaast kan je ook slimme keuzes maken in de keuze van je locatie, de manier waarop je besluit je business model in te richten of je eerste fabriek te bouwen, of de markt die je kiest om je product te lanceren. Daar moeten ondernemers zelf mee aan de slag. Daarom ondersteunen we vanuit Invest-NL ook programma’s die ondernemers kennis biedt waarmee zij zelf hun business model robuuster kunnen maken. Bijvoorbeeld het start-up to scale-up programma Circular Factory van BlueCity en Tekkoo, waarin start-ups worden begeleid bij de opschaling naar hun eerste demofabriek.

Ook al hebben we de juiste wet- en regelgeving en ook al is er voldoende financiering, als je niet die visionaire ondernemer hebt die zijn nek durft uit te steken, dan komt die circulaire economie er niet. Daarom is dit type investering óók nodig, om de kweekvijver van die circulaire bedrijven te voeden en te zorgen dat er meer naar de volgende fase komen.’

Dit artikel is eerder verschenen op de website van Blue City

Share Button