Verzekeraar Allianz en pensioenfondsen ABP, Detailhandel, Vervoer en BpfBOUW investeren in totaal 300 miljoen euro in de twee mijnbouwbedrijven die eigenaar zijn van de Kamoa-kopermijn in Congo. In en rondom deze mijn, de grootste kopermijn van Afrika, heeft de lokale bevolking te maken met ernstige mensenrechtenschendingen en milieuvervuiling. Deze investeerders doen niets om deze mijnbouwbedrijven op deze misstanden aan te spreken. Dit blijkt uit nieuw onderzoek van de Eerlijke Geldwijzer dat vandaag gepubliceerd wordt.
De Kamoa Copper-mijn in het zuiden van Congo is de op drie na grootste kopermijn ter wereld en de grootste producent van koper op het Afrikaanse continent. De mijn is in handen van vier partijen waarvan het Canadese Ivanhoe Mines met 39,6% en de Chinese Zijin Mining Group, ook met 39,6%, het grootst zijn. In deze twee eigenaren van de mijn in Congo investeren verzekeraar Allianz €192 miljoen en de pensioenfondsen ABP €99 miljoen, Detailhandel €10 miljoen, Vervoer €1,7 miljoen en BpfBOUW €1,1 miljoen. Pensioenfonds Vervoer gaf als enige aan in gesprek te zijn met een van de eigenaren van de mijn, maar wel over andere misstanden door activiteiten van het bedrijf.
Uit het nieuwe Geldwijzer-rapport De Hoge Prijs van koper uit Congo blijkt dat rivieren rondom de mijn zijn vervuild zodat drinkwaterbronnen verontreinigd worden. Lokale gemeenschappen moeten wijken voor de mijnbouw en krijgen vaak grond toegewezen die niet geschikt is voor landbouw. Daardoor kunnen zij niet langer in hun levensonderhoud voorzien. Lokale gemeenschappen verliezen hun toegang tot eerlijke behandeling en dialoog met het bedrijf werkt niet meer. Bij vreedzaam protest in april 2025 tegen plannen voor het verplaatsen van de inwoners van nog eens tien dorpen, diende het Kamoa Copper-mijnbouwbedrijf een klacht in tegen demonstranten. Hierop arresteerde de overheid willekeurig 72 mensen en werden mensen vastgezet.
Valerie Schreur, woordvoerder Eerlijke Geldwijzer: “De Kamoa-mijn toont aan dat dit soort mijnbouw leidt tot ernstige schade voor mens en milieu. Nederlandse pensioenfondsen en verzekeraar Allianz investeren miljoenen in de bedrijven die eigenaar zijn van deze mijn. Maar geen van deze investeerders oefent enige druk uit om een einde aan te maken aan de misstanden. We eisen van deze investeerders dat zij de bedrijven die de mijn exploiteren tot de orde roepen zodat zij de dialoog met gemeenschappen herstellen, vreedzaam protest toestaan, geen water meer vervuilen en zorgen voor gedegen financiële compensatie voor getroffen lokale gemeenschappen. Financiële instellingen moeten serieus werk maken van hun eigen beleid en verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren.”
