Het loont om voorbij de ‘E’ van ESG te kijken

In de afgelopen tien jaar zijn institutionele beleggers veel sterker gaan letten op ESG-aspecten (milieu, maatschappij en governance) van beleggingen • Overheden richten zich met hun agenda’s nog vooral op de ‘E’ van ESG, ofwel milieu • De Duurzame ontwikkelingsdoelen van de VN hebben gezorgd voor meer aandacht voor de ‘S’ • Beleggingen in infrastructuurleningen kunnen veel meer bieden dan milieuvoordelen alleen.

Het publieke bewustzijn van klimaatverandering, schaarste, de groei van de wereldbevolking en toenemende welvaartsverschillen is in de afgelopen jaren gegroeid. Dit heeft bedrijven ertoe aangezet om op een andere manier zaken te doen. In een reactie op deze uitdagingen hebben overheden en beleidsmakers nieuwe regelgeving ingevoerd die verantwoord ondernemen stimuleert. Dit helpt overheden op hun beurt om de klimaatdoelstellingen van het Akkoord van Parijs te halen, in het bijzonder de toezeggingen om Duurzame Ontwikkelingsdoelen (Sustainable Development Goals, SDG’s, zie Figuur 1) te realiseren.

Beleggers kijken niet meer alleen naar financieel rendement

De 17 SDG’s en de 169 onderliggende doelstellingen die de Verenigde Naties in 2015 hebben vastgesteld, vormen samen een internationaal overeengekomen lijst van de meest serieuze en urgente vraagstukken op het gebied van milieu, maatschappij en governance. Als de doelen in 2030 zijn gerealiseerd, dan kan dat een einde maken aan armoede, ongelijkheid bestrijden en de klimaatverandering aanpakken. Centraal daarbij staat het principe dat niemand achterblijft .

Omdat deze vraagstukken belangrijker worden, hebben institutionele beleggers en andere stakeholders meer interesse in beleggingen die zorgen voor een positieve impact en een betere ESG-voetafdruk, zonder dat dit ten koste gaat van het financiële rendement. Veel financiële instellingen, waaronder NN Investment Partners, hebben de SDG’s omarmd als een raamwerk dat zowel maatschappelijke als economische waarde kan creëren. Daarnaast dragen we bij aan andere vrijwillige initiatieven die betrekking hebben op klimaatverandering (zoals Climate Action 100+ en de Task Force Climate-related Financial Disclosures (TCFD)), in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs.

Als gevolg van het toegenomen bewustzijn hebben veel institutionele beleggers hun beleggingsbeleid aangepast. Ze richten zich nu meer op actief beheer en monitoring van de ESG-kwaliteit van de beleggingen in hun bestaande portefeuilles.

Figuur 1: Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN

Bron: UN Sustainable Development Goals, 2018

Bovendien worden beleggingen in strategieën met een meetbare en positieve impact op de samenleving en het milieu, zonder dat dit ten koste gaat van het financiële rendement, als extra aantrekkelijk gezien. Tegelijkertijd hebben veel institutionele beleggers in de afgelopen jaren meer geld geïnvesteerd in alternatieve categorieën, zoals infrastructuur. Dit kwam vooral door de hogere rendementen die werden behaald door de beleggingen in publieke markten deels te verschuiven naar minder liquide private markten.

Infrastructuurprojecten bieden zowel extra yield als milieu- en maatschappelijke voordelen

In deze context zijn beleggingen in infrastructuur extra aantrekkelijk. Ze verbeteren de risicogecorrigeerde rendementen voor beleggers en leveren tegelijk noodzakelijke publieke middelen en diensten die forse maatschappelijke, milieu- en economische voordelen bieden. Van alle infrastructuursectoren is hernieuwbare energie voor beleggers de meest logische keuze. Via zulke ‘groene’ beleggingen kunnen zowel overheden als beleggers hun CO2-doelen realiseren. Dit is cruciaal in de transitie naar een CO2-arme economie. Volgens de Europese Commissie is er in de komende 20 jaar alleen al in Europa naar schatting jaarlijks 180 miljard euro aan investeringen in schone energie nodig om het doel van een temperatuurstijging op aarde van maximaal 2 graden (zoals opgenomen in het Akkoord van Parijs) te halen.

Projecten voor hernieuwbare energie richten zich vooral op de ‘E’ van ESG. Dit is belangrijk en relatief eenvoudig te meten en te monitoren in termen van CO2-uitstoot of gigawatt aan schone energie. Andere maatschappelijke en governance-voordelen kunnen echter over het hoofd worden gezien. Bovendien kan de focus op alleen hernieuwbare energie zorgen voor concentratierisico’s in portefeuilles, vooral door eventuele toekomstige wijzigingen in de wet- en regelgeving. Dit kan vervolgens een negatief effect hebben op het portefeuillerendement.

Als beleggingscategorie biedt infrastructuur verantwoorde beleggers een veel breder scala aan mogelijkheden in uiteenlopende sectoren die zowel maatschappelijke als milieuvoordelen bieden en invulling geven aan een aantal SDG’s van de VN. In Figuur 2 hebben we een aantal sectoren opgenomen die volgens ons positief kunnen bijdragen aan de ‘E’, de ‘S’en de ‘G’. We hebben deze sectoren vervolgens gerelateerd aan een aantal SDG’s.

  1. Projecten in de transportsector (spoor, lightrail, ov-terminals, laadinfrastructuur voor EV’s) vergroten de beschikbaarheid van CO2-arm vervoer in stedelijke en buitengebieden;
  2. Digitale infrastructuur, zoals glasvezel (‘Fibre to the Home’), bevordert een inclusieve groei van internetcommunicatie en verbetert de levering van essentiële diensten als internetbankieren en onderwijs door een betere dekking in buitengebieden;
  3. Sociale infrastructuur, zoals zorg en onderwijsfaciliteiten, biedt toegang tot basisvoorzieningen in sociaal achtergestelde gebieden.

Figuur 2: SDG’s en infrastructuursectoren

Bronnen: Duurzame ontwikkelingsdoelen van de VN, NN IP, oktober 2018

Wat doen we met de ‘G’?

Dankzij het private karakter van beleggingen in infrastructuur kunnen zowel aandelenbeleggers als beleggers in vastrentende waarden van invloed zijn op de ESG-resultaten. Bij infrastructuuraandelen is het gebruikelijk dat vertegenwoordigers van het bestuur de ESG-strategie direct uitvoeren en beheren. Voor beleggers in leningen zijn ESG-kwesties een essentieel onderdeel van het due diligence-proces en de onderhandelingen over de bijbehorende financiële documentatie. De meeste beleggers in infrastructuurleningen vragen om de opname van specifieke informatie- en monitoringconvenanten. Deze zorgen voor meer transparantie en vroegtijdige informatieverstrekking, zodat de ESG-aspecten kunnen worden gemonitord en gemeten. Zo kunnen beleggers in infrastructuurleningen gedurende de hele looptijd van het project invloed uitoefenen op het beheer van ESG-kwesties.

Beleggen in infrastructuur om invulling te geven aan SDG’s

De groei van institutionele beleggingen in hernieuwbare energie is een welkome ontwikkeling die cruciaal is in de transitie naar een CO2-arme en klimaatbestendige economie. Tegelijkertijd zijn deze beleggingen een aantrekkelijk alternatief voor traditionele instrumenten.

Maar om duurzame, inclusieve groei op de lange termijn te realiseren, zijn ESG-voordelen in veel meer duurzame infrastructuursectoren het overwegen waard. Dit vergroot het aantal beleggingsmogelijkheden naast duurzame energie, en biedt zowel een betere diversificatie als de kans om in één keer invulling te geven aan een groter aantal SDG’s.

Magdalena Kowalska, Portfolio Manager at NN Investment Partners

Share Button