(Gepubliceerd in Het Financieele Dagblad van 11 juli 2001).
Zes Nederlandse bedrijven hebben de Europese FTSE4Good-index gehaald. De Europese index bestaat uit 50 bedrijven die allemaal goed scoren op sociaal-ethisch en milieugebied.
De FTSE4Good-indices moeten vergelijkingspunten worden voor institutionele beleggers die duurzaam beleggen . Er is een index met alleen Britse bedrijven, de eerder genoemde index met 50 Europese ondernemingen, en een mondiale index met 100 bedrijven. Die lijst wordt aangevoerd door het Amerikaanse softwarebedrijf Microsoft. Op de tweede plaats staat landgenoot AOL Time Warner en op drie chipfabrikant Intel. Net zoals de traditionele FTSE-indices zijn de koersbewegingen van de verschillende indices elke dag ‘real time’ te volgen.
Het Britse olieconcern BP heeft de grootste weging gekregen in de Europese top-50. Gevolgd door farmaciebedrijf GlaxoSmithKline en telecombedrijf Vodafone, moeder van het Nederlandse Libertel. Koninklijke Olie staat op vier. ING staat op negen, Philips op 23, Unilever op 24, Aegon op 27 en ABN Amro op 31.
Volgens Mark Makepeace, de bestuursvoorzitter van FTSE, betekent de ‘creatie van de FTSE 4Good dat maatschappelijk verantwoord beleggen nu een geaccepteerde manier van beleggen is’.
De selectie van de bedrijven op basis van de duurzame criteria is gedaan door het Britse ethische onderzoeksinstituut Ethical Investement Research Service (Eiris). Dit instituut doet al sinds begin jaren tachtig onderzoek naar ethische bedrijven in opdracht van kerken en liefdadigheidsinstellingen.
De FTSE4Good sluit al bij voorbaat een aantal sectoren en bedrijven uit: de tabaksindustrie, bedrijven die strategische onderdelen en/of diensten leveren of hele systemen maken voor de nucleaire wapenindustrie. Ook ondernemingen die volledige wapensystemen maken en bedrijven die eigenaar zijn van kerncentrales of uranium delven of verwerken zijn uitgesloten.
De bedrijven die uiteindelijk in de index terecht komen doen dat op basis van twee principes: ze moeten financieel een goed rendement hebben en ze moeten tot de groep ondernemingen behoren die het hoogst scoren op sociaal-ethisch en milieugebied in hun sector. Dat laatste is de zogenoemde best-practice-methode. In Nederland selecteert SNS Asset Management op die manier bedrijven.
