"Geen belegger en geen weldoener"

(Gepubliceerd in Het Financieele Dagblad van 29 juni 2004).

‘Lenen is leuker dan geven. Het werkt ook beter. Mensen zijn zorgvuldiger met geleend geld dan met geld dat ze zo krijgen’, zegt directeur Ab Engelsman van ASN Bank, beheerder van het niet-beursgenoteerde ASN-Novib Fonds. Het fonds biedt kleine boeren en ondernemers in arme landen de kans via leningen op eigen benen te staan.

Deze vorm van kredietverstrekking, ook wel microkrediet genoemd, is een moderne uitvoering van ontwikkelingshulp die steeds meer in zwang raakt. Mensen worden aangesproken op hun eigen verantwoordelijkheid en ondernemerschap. ‘Het is een effectieve vorm van armoedebestrijding’, vindt directeur Marilou van Golstein Brouwers van Triodos Bank. Deze ideële bank is via Triodos Fair Share Fund eveneens actief op het gebied van microfinanciering.

Kippenboeren, marktkramen en werkplaatsen hebben vaak geen toegang tot gewone banken. Ze zitten niet in de buurt van een bank en banken vinden een lening te riskant omdat onderpand ontbreekt. Geldwoekeraars zijn met hun astronomisch hoge rentepercentages geen goed alternatief. Microkrediet blijkt een prima oplossing.

Microkrediet is het kernterrein van drie sociaal-ethische Nederlandse beleggingsfondsen. Naast bovengenoemde twee, is de derde het Oikocredit Nederland Fonds, dat voor 90% belegt in Oikocredit, een door de Wereldraad van Kerken opgerichte ontwikkelingsbank met een projectenportefeuille van ruim euro 100 mln en bijna dertig jaar ervaring. Buiten deze drie fondsen zijn er vrijwel geen andere Nederlandse particuliere aanbieders. Uitzonderingen zijn ABN Amro , die sinds kort als bank de sloppenwijken intrekt van het Braziliaanse São Paulo, en Rabo, dat met microkrediet actief is via een stichting.

De drie beleggingsfondsen steken geld in microfinancieringsinstellingen, en in het geval van Oikocredit ook direct in coöperaties. De lokale microfinancieringsbanken lenen op hun beurt het geld uit aan lokale ondernemers. Het gaat om kleine bedragen, soms al vanaf twintig dollar.

Een voorbeeld van een microfinancieringsbank is de Acleda Bank uit Cambodja. Deze bank, die als niet-gouvernementele organisatie is opgericht, is uitgegroeid tot de grootste microfinancieringsbank in dit door oorlogsschade getekende Aziatische land.

Triodos Faire Share Fund en Triodos-Doen (een samenwerking van Triodos met de stichting Doen van sponsor de Postcode Loterij) zijn behalve kredietverstrekkers ook aandeelhouder in Acleda Bank. Zij namen vorig jaar deel aan de kapitaalverhoging (van $ 9 mln) met als doel een volledige bankvergunning, die Acleda Bank inmiddels binnen heeft.

Acleda Bank is de derde bank van Cambodja (balanstotaal $ 48 mln), telt 1800 medewerkers, die gezamenlijk 11% van het kapitaal bezitten, en heeft het grootste kantorennet met ruim honderd vestigingen. Ondanks deze spreiding zijn de bankmedewerkers voor het bezoeken van hun klant vaak lang onderweg door de gebrekkige infrastructuur van het land. Soms gaat de tocht op de rug van een olifant, zo vertelde algemeen directeur In Channy onlangs tijdens een bezoek aan Nederland voor de jaarvergadering met zijn internationale bestuursleden. Daar kreeg de bank in het kader van het tienjarig bestaan van Triodos-Doen een prijs uitgereikt als meest succesvolle partner. Het gaat zo goed met Acleda Bank, dat ze al jaren dividend uitkeert.

De ervaring met microfinancieringsbanken is dan ook positief, zegt Van Golstein Brouwers van Triodos. ‘Het gebeurt zelden dat de leningen niet worden terugbetaald.’ Maar dat komt ook omdat de klanten flink achter de broek worden gezeten.

‘Het is een intensieve manier van bankieren’, zegt Leendert Bos van Oikocredit Nederland Fonds, die net terug is van een project in Bulgarije. Door de lokale expertise zegt het fonds goed in staat te zijn de risico’s te beoordelen. De zakelijke aanpak dat leningen ook daadwerkelijk worden terugbetaald, is volgens de van Robeco afkomstige Bos een impuls voor beleggers om geld in het fonds te steken.

De aantrekkingskracht neemt volgens Bos extra toe met de door Brussel verleende fiscale stimulans voor sociaal- ethisch beleggen. De drie fondsen hebben samen nu nog een bescheiden omvang van euro 40 mln.

Internationaal donorgeld heeft microfinanciering ook ontdekt. Triodos vindt dat echter geen goede ontwikkeling. De microbanken worden daardoor afhankelijk van schenkgeld en dat zou die markt kunnen verpesten.

Risicoloos zijn de projecten natuurlijk niet. Beleggers hoeven ook niet te rekenen op hoge rendementen, waarschuwen de fondsen zelf. Ook koersstijgingen zitten er niet in. ‘Het levert niet veel meer op dan een spaarrekening’, zegt Engelsman van ASN-Novib Fonds. Uiteindelijk investeren beleggers ook voor het goede doel. Dat is niet in geld uit te drukken. ‘"Social return" noemen we dat’, zegt Bos. ‘Dat is het rendement voor de totale gemeenschap ter plekke.’

Share Button