PFZW: fossiele energiebedrijven moeten zich binden aan ‘Parijs’

Bron
PFZW

“PFZW dringt aan op snelle transitie van de fossiele energiesector, omdat we anders de klimaatdoelen niet gaan halen,’’ aldus Joanne Kellermann, voorzitter PFZW. Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PFZW) stopt in de komende twee jaar met beleggen in ondernemingen in de fossiele  energiesector die zich niet committeren aan het Klimaatakkoord van Parijs en de aanscherping van COP26. De verkoop gaat stapsgewijs, waarbij PFZW in 2024 alleen nog belegt in bedrijven die een overtuigende en verifieerbare energietransitie hebben ingezet in lijn met ‘Parijs’. PFZW hanteert hierbij een doelstelling van 1,5 graad op totaalportefeuille-niveau.

Toenemende zorg over klimaatverandering, en de rol die de fossiele energiesector daarbij speelt, leidt tot een verdere aanscherping van het beleggingsbeleid van PFZW. Afgelopen jaren heeft het fonds met succes de CO2-voetafdruk van de aandelenportefeuille gehalveerd door verkoop van belangen in de meest energie-intensieve ondernemingen. PFZW verscherpt de eis nu en verlangt van ondernemingen in de fossiele energiesector dat ze concreet en aantoonbaar bijdragen aan de beperking van de opwarming van de aarde tot maximaal 1,5 graden Celsius.

Joanne Kellermann, voorzitter PFZW: “Het bestuur van PFZW voelt een grote verantwoordelijkheid om de pensioenpremie van onze drie miljoen deelnemers zo in te zetten dat hun geld goed rendeert en concreet bijdraagt aan een leefbare wereld. Als het gaat om klimaat, moeten we de beleggingen in lijn brengen met wat ‘Parijs’ vraagt: de opwarming van de aarde beperken tot 1,5 graden Celsius. In ondernemingen in de fossiele energiesector die niet handelen naar dit akkoord, willen we vanaf 2024 niet langer beleggen. Maken ze de gewenste transitie wel, dan zal PFZW als betrokken en kritisch aandeelhouder deze ondernemingen ook in de toekomst blijven aanmoedigen hun maatschappelijke rol te vervullen: actief bijdragen aan een klimaat-neutrale wereld in 2050. Deze nieuwe stap past in de lange historie van duurzaam beleggen van ons fonds en bij de voorkeuren van onze deelnemers.’’

Bij het vaststellen of nog in ondernemingen kan worden belegd die actief zijn in de fossiele energiesector, hanteert PFZW de volgende deadlines:

  • Ondernemingen moeten nu al een reductiedoelstelling voor de emissie van broeikasgassen hebben, anders wordt er niet langer in belegd.
  • Ondernemingen dienen zich eind 2022 duidelijk te committeren aan ‘Parijs’ en daarmee dus de 1,5 graad. Doen ze dat niet, dan worden de beleggingen in deze ondernemingen in 2023 verkocht.
  • Ondernemingen, die zich committeren aan ‘Parijs’, moeten uiterlijk in 2023 een overtuigende en verifieerbare strategie met doelstellingen voor hun klimaattransitie hebben opgesteld, inclusief doelstellingen voor de korte en middellange termijn die overeenstemmen met ‘Parijs’. Zonder zo’n strategie komen ze in 2024 niet langer voor belegging in aanmerking.

Dit tijdpad geeft ondernemingen de mogelijkheid om hun businessmodel te hervormen. Gedurende deze periode intensiveert PFZW zijn aandeelhoudersdialoog met ondernemingen die de transitie willen maken. Daarbij zet PFZW zijn stem als aandeelhouder nadrukkelijker in bij klimaat-gerelateerde resoluties en bestuursvoorstellen. Er zal specifieke aandacht zijn voor het stoppen van winning in arctische gebieden. Daarnaast zal PFZW zich richten op het voorkomen van investeringen in de exploratie van nieuwe fossiele energiebronnen. Zo nodig wordt tegen

(her)benoeming van bestuurders gestemd die onvoldoende voortgang boeken met de transitie van hun onderneming. PFZW zal zoveel mogelijk optrekken met gelijkgestemde partijen om haar invloed te versterken.

Met de ondernemingen in deze sector, die zich wel kwalificeren voor belegging in 2024, zet PFZW de intensieve aandeelhoudersdialoog voort. Het uitsluitingenbeleid ten aanzien van steenkool en teerzand wordt nog verder aangescherpt. Belangen in ondernemingen die voor hun omzet voor meer dan 5% afhankelijk zijn van de productie van steenkool of voor meer dan 1% van teerzand, worden verkocht. Eerder lag de grens bij 30% (steenkool) en 10% (teerzand).

 

Share Button